Ditmaal spreek ik met een van de langst dienende collega's van GMP+ International. Dik Wolters, onze Scheme & Customer Service Advisor, werkt al bijna vanaf het begin bij GMP+ en gaat volgende maand met pensioen.
Als blijk van waardering voor zijn carrière wilde ik graag weten hoe de sector is veranderd, welk verschil GMP+ heeft gemaakt en welke lessen van de afgelopen 30 jaar ons kunnen helpen om de uitdagingen van vandaag aan te gaan.
Hoe zijn de dingen veranderd in de afgelopen 30 jaar?
Dik: We zijn begonnen als een klein schema in Nederland, met slechts een paar bedrijven die diervoeder aan boeren leverden. In die tijd hadden we verschillende incidenten die gevolgen hadden voor het voedsel van mensen, en het was noodzakelijk om iets te doen als diervoederindustrie. We begonnen met een gedragscode die zich in de loop der jaren ontwikkelde tot een volwaardig veiligheidscertificeringsschema. We integreerden bijvoorbeeld HACCP en ook leveranciers en dienstverleners van de diervoederbedrijven moesten de veiligheid garanderen van de producten en diensten die ze leverden - een ketenbenadering. Er kwamen steeds meer deelnemers uit allerlei regio's, met allerlei achtergronden, activiteiten en belanghebbenden, en we hebben nu 20.000 bedrijven over de hele wereld.
Bedrijven weten nu hoe ze de veiligheid van hun diervoeder kunnen garanderen. Ze hebben veel kennis opgedaan en geven voederveiligheid de aandacht die het verdient. In de eerste tien jaar was het niet altijd gemakkelijk, omdat we nog steeds besmettingen zagen, terwijl we probeerden het vertrouwen van de overheid en de bredere sector terug te winnen. Maar nu, na 30 jaar, zijn de bedrijven volwassen geworden en hoewel het risico op besmetting er nog steeds is, hebben bedrijven nu de middelen om dit snel op te lossen. Bedrijven zijn alert en als ik dit zeg, voel ik me best trots, omdat wij als GMP+ International hen hebben gesteund om dit niveau te bereiken.
In het begin moet er wat weerstand zijn geweest tegen samenwerking. Wat heeft hen van gedachten doen veranderen?
Dik: We hoorden wel van bedrijven 'oh, het kan niet', 'het is moeilijk', 'we weten het niet', maar er was vanaf het begin druk vanuit de overheid. Na zoveel schandalen gaven ze ons één kans om de situatie als diervoederindustrie op te lossen, of ze zouden wetgeving maken.
Onze aanpak was om het samen met de sector te doen. We zaten niet in ons kantoor en stelden zelf de regels op; we zaten samen met bedrijven. En dat doen we vandaag de dag nog steeds, om te begrijpen of de regels en voorwaarden in onze standaarden praktisch, haalbaar en controleerbaar zijn. We overleggen dus altijd met de bedrijven, de Certificatie Instellingen en de panels van deskundigen. Dat overtuigde mensen die terughoudend waren, ze zagen dat het niet zo erg en moeilijk was. Ja, ze begrepen dat ze iets moesten doen, maar door hen erbij te betrekken zagen ze dat het haalbaar is om aan deze regels te voldoen. Op een gegeven moment zagen ze dat het werkte, dat we vertrouwen hadden gewonnen bij de overheid, de sector, winkeliers, enz.
Wat hielp bij de overgang van een nationaal naar een internationaal schema?
Dik: Als er meer landen meedoen, heb je te maken met andere culturen, andere wetgeving en andere sectorstructuren. Dat betekent dat je niet zomaar normen en regels kunt kopiëren die in het ene land gelden en dan verwachten dat ze ook in een ander land gelden. Ik denk dat we een grote stap hebben gezet in het oplossen van dit 'probleem' met ons 2020-schema dat we doelgericht hebben gemaakt. In plaats van de weg te beschrijven, beschrijven we de bestemming. Het geeft diervoederbedrijven de vrijheid, maar ook de verantwoordelijkheid om beslissingen te nemen over hoe ze die resultaten gaan halen. In geen enkel wereldwijd schema kun je in elke omgeving alle vakjes aanvinken.
Welke lessen uit het verleden kunnen ons helpen om de uitdagingen van vandaag aan te gaan?
Dik: De grootste uitdaging vandaag de dag is klimaatverandering en duurzaamheid, naast verstoring van de leverketen door politieke of regionale instabiliteit. In het verleden had de sector een gemeenschappelijke 'vijand' - het beheersen van de veiligheid. Iedereen zette zijn concurrerende kwesties opzij en kwam overeen dat we, hoewel we kunnen concurreren op prijs of voedingswaarde, dezelfde standaard voor voederveiligheid zullen hanteren.
Vandaag de dag vraagt de maatschappij aan de sector: “Hé, we weten dat het diervoeder veilig is, maar is het ook duurzaam geproduceerd? Ik denk dat sommige bedrijven de urgentie niet inzien, of in ieder geval minder bereid zijn om hieraan samen te werken. Maar waarom pakken we dit niet aan zoals we dat in het verleden hebben gedaan? Waarom wachten op wetgeving van de overheid? Waarom niet samenwerken? We zien, vooral bij grote bedrijven, dat ze allemaal min of meer hetzelfde doen, maar dan alleen.
GMP+ International is ontstaan uit incidenten en crises. Waarom wachten op nog een incident, maar dan op het gebied van duurzaamheid? Laten we niet concurreren, maar het samen doen. We hebben laten zien dat we dat kunnen. GMP+ International is klaar om de diervoedersector te ondersteunen bij het nemen van deze volgende stap.
Wat hoop je voor de toekomst van de diervoedercommunity?
Dik: Ik zou zeggen, wacht niet tot anderen voor je beslissen; maak nu de keuze en doe het in partnerschap. Ik wil dat bedrijven ambitieus zijn. We moeten niet achterover leunen na 30 jaar, je moet alert zijn en nadenken over de uitdagingen voor jouw bedrijf en de hele sector. De uitdagingen waar de hele sector voor staat, pak je samen aan. GMP+ International is uitgerust en in staat om bedrijven te helpen bij het opzetten van deze certificatieschema's die vertrouwen geven aan de markt. Dat kunnen we samen doen.
Dank je wel, Dik
Zoals het inzicht van Dik duidelijk laat zien, hebben we buitengewone vooruitgang geboekt als de sector samenwerkt. Samenwerking is echt het antwoord op de gezamenlijke uitdagingen van de sector.
Ik ben Dik zo dankbaar voor zijn jarenlange inzet en iedereen die heeft bijgedragen aan de ongelooflijke vooruitgang die we hebben gezien. We hebben veel te vieren en trots op te zijn, en onze ervaring bewijst dat zolang we het samen doen, er geen uitdaging is die we niet aankunnen.